We zijn nu bezig in een woning in Scheveningen. Op maandag ga ik naar school. Ik volg de tweejarige bbl-opleiding tot schilder en hoop binnen twee jaar mijn diploma te halen. Mijn leven is enorm veranderd. Lange tijd ben ik dakloos geweest. Ik had veel problemen thuis, mijn hele jeugd verliep eigenlijk niet lekker. Op mijn 21ste ben ik vertrokken. Ik sliep hier en daar en vond mijn eigen manier om geld te verdienen. Op een gegeven moment kwam ik bij het daklozencentrum in contact met Ad van der Kroft van de coalitie Wonen-Onderwijs-Werk. Dat is een samenwerking tussen gemeente, woningbouwcorporaties, ROC Mondriaan en het bedrijfsleven. Ad vertelde me over het schilderproject: zeven weken naar school met vervolgens de garantie van een baan. Ik was niet meteen enthousiast, maar ben toch begonnen.
Dat viel niet mee zonder vaste slaapplek. Ik had geen huis, mijn administratie was een zooitje. Ik dreigde uit te vallen, maar Ad bleef me motiveren en kwam met een nieuw voorstel. Als ik de training zou afmaken en een contract kreeg bij een van de bedrijven, dan zou de gemeente tijdelijke woonruimte voor me regelen. Dat klonk goed. Zij wilden wat van mij, en ik wat van de gemeente. Ik ben niet zo van de theorie, maar gelukkig kregen we tijdens de training veel praktijkles, de basis van het schilderen. Er zaten daar allemaal mensen met problemen. Jongeren zoals ik, maar ook mensen die nog niet zo lang in Nederland waren. Ik heb het afgemaakt, kreeg mijn certificaat en de gemeente regelde woonruimte voor me. We hebben ons dus allebei aan de afspraak gehouden. Ik ben blij met mijn eigen plek. Die geeft rust, al moest ik in het begin wel wennen aan mijn nieuwe ritme en het vroege opstaan.”
Tijd weggegooid
“Ik ben begonnen bij een groot aannemersbedrijf. Daar heb ik twee maanden gewerkt. Dat liep niet zo lekker, de leermeester keek niet naar me om en stuurde me later om iets kleins ineens weg. Mijn begeleider heeft toen gelukkig een ander bedrijf gevonden: Ricaton. Richard, een van de eigenaren en mijn leermeester, hoorde mijn verhaal en wilde me wel een kans geven. Het is een klein bedrijf, we zijn met z’n vijven. Ik heb het er goed naar mijn zin. Mijn begeleider Ad zegt dat hij me nu pas weer ziet lachen. Ja, ik vind het mooi werk. Daarom volg ik nu ook de schildersopleiding, want dan heb ik straks echt een diploma. Mijn collega’s stimuleren me. En als ik ergens mee zit of ik krijg post die ik niet begrijp, dan kan ik bij ze terecht. We sporten zelfs samen, spelen elke week padel. ‘Als je niet lekker in je hoofd zit, dan kun je ook niet goed werken’, zegt Richard vaak.
Ik ben trots op waar ik sta. Wat heb ik veel tijd weggegooid, denk ik nu. Ik vind het heel goed dat gemeenten dit soort projecten met bedrijven hebben. Mijn tip aan gemeenten is wel: kom je afspraken na. Er zijn veel verschillende afdelingen, soms duurt het zó lang om iets te regelen. Daar kun je moedeloos van raken. Terwijl het juist belangrijk is om contact te houden. Er zijn zoveel jongeren met problemen. En ook steeds meer dakloze jongeren in Nederland. Natuurlijk moet je uiteindelijk zelf de juiste keuzes maken – het gaat om de motivatie, je moet willen –, maar een goede begeleider die je niet laat vallen, kan het verschil maken.”