Ik reageerde totaal anders dan mijn tweelingzusje Vera. Op de basisschool kon ik me niet concentreren; ik was snel afgeleid en veel te druk. Vrij snel ben ik naar het speciaal onderwijs gegaan, waar ik echt op mijn plek was en een fijne tijd heb gehad. De middelbare school was een grote overstap. Daar was het veel drukker. Gelukkig zat ik in een zorgklas met twaalf kinderen en kreeg ik de juiste begeleiding. Daardoor heb ik het gered. Maar op het mbo, tijdens mijn opleiding dierverzorging, liep ik vast. Ik had les van half negen tot vier uur en eigenlijk was ik na de eerste twee uur al helemaal op. Ik raakte overprikkeld, was vaak boos en mijn resultaten zakten. Maar ik vroeg niet om hulp, ik ging maar door.
Ik loop er al mijn hele leven tegenaan dat mensen me overschatten – ik ben verbaal sterk. Dat komt door mijn adhd, denk ik. Autisme en adhd gaan niet altijd goed samen. Gelukkig zag een mentor wat er aan de hand was. ‘Als jij zo doorgaat, blijf je zitten.’ Toen kreeg ik van school het aanbod om de hele opleiding op een zorgboerderij te doen. Toevallig ook nog op de boerderij waar ik een verzorgpony heb en al jaren kom. Ik ben blij dat ik die kans heb gekregen. Jaarlijks kunnen maar acht leerlingen van onze school dit programma volgen. De begeleiding is intensief, haast een- op-een. Deze maand krijg ik mijn diploma. Daar ben ik hartstikke trots op.”
Wat is normaal?
“Een grote groep leerlingen in Nederland past niet in gewone klassen, valt uit en zit thuis. Niet iedereen leert op dezelfde manier. Talloze jongeren hebben moeite met die enorme scholen, grote klassen, al die prikkels. Ook mijn vriend loopt vast. Nu snap ik dat niet iedereen naar een zorgboerderij kan, want dat is erg duur. Maar ik denk wel dat scholen andere mogelijkheden moeten bieden. Meer begeleiding, kleinere groepen. Er moet beter naar jongeren worden geluisterd. Ik heb meegewerkt aan een onderzoek en podcast van de regionale kenniswerkplaats IJsselland. Dat ging over labels en normaliseren.
Wat is ‘normaal’ eigenlijk, wat betekent een label? Zelf ben ik blij met mijn labels. Die diagnoses hebben er uiteindelijk voor gezorgd dat ik betere hulp heb gekregen, dat mensen me beter begrijpen. Maar dat geldt misschien niet voor iedereen. Veel jongeren hebben te maken met vooroordelen. Ze worden beoordeeld op hun label, niet op wat zij allemaal kunnen. De kenniswerkplaats praat over dit soort onderwerpen met jongeren, ouders en professionals uit elf gemeenten. En kijkt dan welke aanbevelingen daaruit komen voor nieuw jeugdbeleid. Dat is goed. Ik vond het interessant om mee te praten en een stem te hebben.”