Van deur tot deur duurde de reis meestal twee uur. Eerst met de intercity naar Nijmegen en dan met het boemeltreintje naar Boxmeer. Dat is de Maaslijn, een van de drukste regionale spoorlijnen van Nederland, dus altijd bomvol. En er is vaak vertraging. Ik heb het weleens uitgerekend: afhankelijk van mijn lesrooster was ik soms wel twintig uur per week onderweg. Een halve werkweek. Veel tijd voor andere dingen zoals sporten of vrienden houd je dan niet over.
Sinds 2020 sta ik ingeschreven bij de Utrechtse studentenhuisvester SSH en in februari 2022 kon ik naar de eerste hospiteeravond. In Zeist. ‘Hoi Philip, helaas. De kamer is aan iemand anders toegewezen.’ Dit soort appjes en mailtjes heb ik onnoemelijk vaak gekregen. Al die hospiteeravonden waren voor mij ook weer een logistieke operatie. Altijd op de klok kijken om de laatste trein niet te missen. Die afwijzingen doen ook echt wel iets met je. Ik had sterk het gevoel dat Utrecht me niet moest. Dit voorjaar heb ik in drie maanden tijd 25 keer op een kamer gereageerd. ‘Powerhospiteren’ noemde ik dat. SSH heeft namelijk een regel dat je op die manier in aanmerking komt voor plaatsing. Sinds deze zomer heb ik eindelijk woonruimte. Nu merk ik pas hoeveel tijd ik overhoud. Ik ben veel minder moe, sport weer en ben een stuk vrolijker – hoor ik ook van vrienden.”
Luchtigheid is verdwenen
“Mijn leven staat niet meer stil. Ik doe nu ook een bestuursjaar en wil me juist in mijn functie bij studentenunie Vidius sterk maken voor de woningnood onder studenten in Utrecht. Er moet echt meer gebouwd worden en beter naar de leegstand in de stad worden gekeken. De woningnood heeft grote gevolgen. Levens staan stil. Jongeren stoppen met hun studie omdat ze het heen-en-weer reizen niet volhouden. Zij zijn het zat om ergens op een belbus in the middle of nowhere te wachten. De woningnood werkt ongelijkheid in de hand. De verschillen tussen rijk en arm worden scherper. Ik ken studenten wier ouders een appartementje in de stad hebben gekocht. En studenten die nog thuis ingeschreven staan, maar in de keuken van een studentenhuis bivakkeren. Ik ken iemand die in een busje in Utrecht woont, omdat hij geen kamer kan vinden. Om de paar dagen parkeert hij het busje ergens anders.
In onze samenleving is uit huis gaan een belangrijke rite de passage naar volwassenheid. Ik denk echt dat de persoonlijke ontwikkeling van een hele generatie door de woningnood achterloopt. En hoe moet het na de studie? Veel studenten maken zich zorgen of ze ooit nog wel een huis kunnen kopen. Er zijn heel veel stelletjes die de volgende stap uitstellen: ze wachten met samenwonen, met kinderen krijgen. Onze generatie kijkt niet positief naar de toekomst. Door de woningnood, door alle studieleningen, de zorgen om het klimaat. De luchtigheid van eerdere generaties is verdwenen. ‘Een sterke middenklasse is nodig voor politieke stabiliteit’, sprak Aristoteles in de Politika. Wij zijn de toekomstige middenklasse. Wanneer die in het gedrang komt, is dat dus zeer kwalijk.”