Is het een zooitje in de tuin, zijn de gordijnen dicht? Hangen de ramen vol met kranten?

Is er een bel of steken er alleen nog maar draadjes uit de muur? Gerechtsdeurwaarder Paul Otter léést voordeuren en die vertellen hem vaak al heel veel. “En dan moet de deur nog opengaan. De bewoner weet niet wie er voor deur staat. De buurman, een Jehova? ‘Goedemiddag, ik ben de deurwaarder.’” In dat kort gesprekje aan de deur gebeurt er van alles, zegt Otter. “Ik stel eigenlijk maar drie vragen. Drie vragen in drie minuten. Eén: ‘Ik heb een dagvaarding voor u, het gaat over een energieachterstand bij Vattenfall. Wist u dat?’ Soms wordt er dan instemmend gemompeld. Of iemand zegt meteen dat hij de schuld gaat betalen. Twee: ‘Heeft u nog meer schulden?’ Drie: ‘Hoeveel ongeveer?’ Wanneer mensen dat niet precies weten, verwijs ik hen door naar de schuldhulp bij de gemeente.”

352 keer anders

En daar heeft hij meteen een dagelijkse ergernis te pakken. De schuldhulp is in Nederland 352 keer anders geregeld. “Naar wie moet ik in de gemeente Dantumadiel verwijzen? Ik heb geen idee. Het zou toch zo mooi zijn wanneer ik een app had en meteen bij het invoeren van de postcode kon zien: ah, u moet bij het wijkteam of bij de kredietbank zijn. Maar nee hoor. Ik kan alleen maar naar ‘de gemeente’ verwijzen.”

Otter zou ook graag weten of de persoon bij wie hij aanbelt, al in een schuldhulptraject zit. Dit systeem is er ook. In de Verwijsindex Schuldhulpverlening (Vish), een paar jaar geleden ontwikkeld door de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG) en Stichting Netwerk Gerechtsdeurwaarders, kunnen gemeenten burgers aanmelden die schuldhulp krijgen. Maar het probleem is dat slechts een beperkt aantal gemeenten is aangesloten. “De onterechte angst voor de nieuwe privacywetgeving is een struikelblok. Dit systeem zou de hoognodige brug kunnen slaan tussen gerechtsdeurwaarders en schuldhulpverleners. Een gemiste kans.” Hij hoopt dat meer gemeenten de verwijsindex gaan gebruiken nu de nieuwe Wet gemeentelijke schuldhulpverlening op 1 januari 2021 in werking is getreden.

'Als ik de Bol.com-pakketjes opgestapeld in de hal zie staan, weet ik wel hoe laat het is.'

Nieuwste mobieltje

Gerechtsdeurwaarder Otter, directeur van innovatiecentrum Syncassolab en bestuurder van de KBvG, kan smakelijk vertellen. De man die niemand graag ziet komen, blijkt zijn werk met passie te doen. Hij heeft de afgelopen jaren zijn vak zien veranderen. Er is nu veel meer aandacht voor de burger met schulden, voor duurzame oplossingen. Het was ook de beroepsorganisatie die vorig jaar met de campagne ‘Bellen is oplossen’ begon, bedoeld om mensen met problematische schulden in beweging te krijgen.

Want dat probeert Otter met zijn drie vragen vast te stellen: is de persoon in kwestie in staat om de schuld te betalen of heeft hij of zij hulp nodig? “We proberen zoveel mogelijk de mensen eruit te filteren die écht niet kunnen betalen. Want kosten maken als er geen geld is, heeft geen zin.” Veel mensen kunnen wel betalen, maar doen dat niet altijd uit zichzelf, weet hij. “De verleidingen zijn groot. Ik weet wel hoe laat het is als ik de Bol.com-pakketjes opgestapeld in de hal zie staan. We hebben weleens een onderzoekje laten doen naar de bezoekers van onze site. Ruim 60 procent van de bezoekers bezocht deze vanaf een mobieltje. En 60 procent deed dat met de nieuwste modellen.” Geld is dus niet altijd het probleem. De meeste dossiers die bij de 150 gerechtsdeurwaarderkantoren in Nederland terechtkomen, leiden dan ook tot een betalingsregeling.

'Vroeger stak een buurvrouw nog weleens een duim omhoog als we aan het ontruimen waren.'

Non-verbale communicatie

De gerechtsdeurwaarders komen overal. Jaarlijks worden zo’n twee miljoen huisbezoeken afgelegd. Otter kent ze allemaal: de families waar naast schulden nog veel meer problemen spelen, de ondernemer in een grote villa die het familiebedrijf ten onder ziet gaan, de dementerende vrouw die niet alleen het financiële overzicht is kwijtgeraakt, de nieuwkomer die nog een DigiD moet aanvragen. Gerechtsdeurwaarders zijn streetwise en alert, zegt hij. “Een situatie aan de deur kan ineens omslaan. We zijn specialisten in non-verbale communicatie.” Het aantal agressiemeldingen bij de KBvG neemt elk jaar toe. Van de ongeveer twee miljoen huisbezoeken gaat het in achthonderd gevallen fout – klappen, soms ernstige bedreigingen. Niet voor niets maakt een groeiend aantal gerechtsdeurwaarders gebruik van een alarmsysteem. Zelden wordt hij met open armen ontvangen. De publieke opinie over mensen met schulden is omgeslagen. “Vroeger stak een buurvrouw nog weleens een duim omhoog als we aan het ontruimen waren. ‘Dan moet-ie maar betalen. Eigen schuld, dikke bult.’ Die goedkeurende buren kom ik niet meer tegen. Nu wordt in de lift ‘klootzak’ naar me gesist.

Otter juicht de groeiende aandacht voor schuldenproblematiek zeker toe, maar stoort zich aan de ‘emotionalisering’ van het debat. “Gevaarlijk vind ik dat. Niet iedereen die schulden heeft, is zielig. Mensen sluiten soms te makkelijk een leninkje af, stellen de verkeerde prioriteiten, zijn opportunistisch. De afspraak in onze rechtsstaat is toch dat je moet betalen als je iets koopt?”

Uit onderzoek van SEO blijkt dat bedrijven jaarlijks voor 640 miljard euro aan producten en diensten op krediet leveren. Bijna een kwart daarvan wordt te laat betaald en ongeveer 6,5 miljard (1 procent) wordt ondanks de inzet van deurwaarders nooit betaald. Al die wanbetalingen hebben grote gevolgen. Otter zit op een stokpaardje: door al die achterstanden stijgen bijvoorbeeld de zorgverzekeringspremies voor iedereen. “De risico’s worden natuurlijk doorberekend en dan heb ik het nog niet eens over al die bedrijven – vaak mkb-bedrijven – die failliet gaan door wanbetalers. Deze kant van het verhaal wordt vaak vergeten.”

Falend systeem

Het verhaal over de noodzaak van betalen en de schuivende betalingsmoraal vindt in het huidige Nederland weinig weerklank. Integendeel. De toeslagenaffaire met de wanhopige ouders die door een falende overheid in financiële ellende terecht zijn gekomen, staat bij veel burgers op het netvlies gebrand. Het wantrouwen tegenover de overheid groeit. Otter windt zich op over al die burgers die gemangeld zijn door het systeem en het ontbreken van een goede controle en ingrijpen door de rechterlijke macht. “Op zoveel fronten is het fout gegaan. Het hele systeem van de trias politica heeft gefaald. Ik kan hier zo kwaad over worden. Onbegrijpelijk en onmenselijk.” Volgens Otter staat de toeslagenaffaire niet op zichzelf. De overheid is de grootse schuldeiser en maakt veel slachtoffers. “Bij private schuldeisers vaardigt de rechter een vonnis uit, waarna wij – als onafhankelijke gerechtsdeurwaarder – in actie komen. Maar overheidsinstellingen doen de invordering zelf. De machten worden niet gescheiden. Zij zijn dus eiser, rechter en deurwaarder in één. Dat is vragen om problemen.” De efficiënte, gedigitaliseerde processen bij de overheid helpen niet mee. “Waar kunnen burgers terecht als ze bezwaar willen maken? Waar kunnen ze hun verhaal kwijt?” Hij ziet ook vaak hoe juist overheidsvorderingen mensen met schulden ‘over de rand duwen’. “De beslagvrije voet is bedoeld om mensen beschermen, zodat ze voldoende geld overhouden om in hun bestaan te voorzien. Wij moeten ons aan de regels houden, de overheid niet. We zien zo vaak gebeuren dat de overheid gewoon invordert. Met soms huisuitzetting tot gevolg. Het systeem is losgeslagen en dit maakt de woede aan de voordeur niet kleiner.”

Troubleshooter

Otter geeft een mooi inkijkje in de dagelijkse praktijk van de gerechtsdeurwaarder. Pas nog sprak hij de wethouder van een grote stad die het aantal ontruimingen in de gemeente wilde terugbrengen naar nul. “Een mooi streven, maar hoe gaan we dat doen? Wil je ontruimingen echt voorkomen, dan moeten we misschien toch naar verplichte bewindvoering. Maar dat kost geld en daar krijg je politiek de handen natuurlijk niet snel voor op elkaar.” Hij bedoelt maar, dát zijn de risico’s van een debat vol met emotie. Hij zet de cijfers nog even op een rij. In 2019 werden ongeveer vijfduizend panden ontruimd. Ongeveer 90 procent betrof woningen. “Ik weet zeker dat bij meer dan de helft al een hulpverlener betrokken was. Hoe kan het dan nog tot een ontruiming komen? Ik snap best dat de situaties vaak complex zijn, dat hulpverleners met een grote caseload zitten en soms maar weinig tijd hebben, maar toch. De gevolgen van een ontruiming en de maatschappelijke kosten
zijn zo groot.”

Het is een complex speelveld. Otter voelt zich vaak een troubleshooter. Hij vertelt over de ontruiming van een 80-jarige man ergens in Noord-Holland. “Een man van die leeftijd uit een woonzorgcentrum op straat zetten, doe je niet zomaar. Maar de directeur van het zorgcentrum wilde dat hij vertrok. De man zorgde voor enorme overlast. ‘Het is hij eruit, of negentien andere bewoners vroegtijdig in de kist.’” Otter ging rondbellen en kwam terecht bij de crisisdienst van de maatschappelijke opvang. “Ik deed mijn verhaal, maar kreeg al snel te horen dat daar geen plek was. Tja, daar sta je dan. Ik moest en zou een oplossing vinden.” Hij besloot nog een keer naar de crisisopvang te bellen en de druk op te voeren. “Pas toen ik dreigde de man voor de deur achter te laten, in gezelschap van een fotograaf en journalist, kwam er actie. De man kon de volgende dag tóch terecht.” Hij is dagelijks bezig met maatwerk, klinkt het. Hij strijdt daarom voortdurend tegen dat verkeerde beeld van die kille gerechtsdeurwaarder. “We zijn juist van duurzame oplossingen. Daarom zoeken we steeds meer contact met het sociaal domein, met andere partijen. Wij zijn niet de vijand, maar een deel van de oplossing. Vanuit de brancheorganisatie pleiten we bijvoorbeeld ook voor betere nazorg. Te vaak zien we dezelfde gezichten aan de deur; mensen die na een schuldhulptraject opnieuw in de schulden komen.” De hand in eigen boezem, tot slot: zijn beroepsgroep was te lang te veel naar binnen gekeerd. “Een deurwaarder was toch die man die op een feestje in de hoek ging staan. Maar die tijd is echt voorbij.”

De gerechtsdeurwaarder

Gerechtsdeurwaarders gaan over alle schulden en boetes die niet van overheden zijn. Zij werken in opdracht van schuldeisers, staan in tussen de schuldeiser en degene met een schuld en zijn tijdens het hele proces in beeld. Reageert iemand niet op aanmaningen, dan komt de gerechtsdeurwaarder aan de deur met een dagvaarding. Na de rechtszaak komt hij of zij weer langs om de persoon in kwestie op de hoogte te brengen van het vonnis en ervoor te zorgen dat de uitspraak wordt uitgevoerd. Soms betekent dit dat er beslag op spullen of inkomen wordt gelegd. In totaal zijn er in Nederland ruim 700 gerechtsdeurwaarders werkzaam.