Samen voor een sterke sociale basis

‘Omzien naar elkaar’ luidt het motto van ons huidige kabinet. Meer dan ooit wordt het belang gezien van sociale verbondenheid in gemeenten, wijken en buurten. Als Sociaal Werk Nederland merken we dat ook: inmiddels hoeven we niet meer uit te leggen dat sociaal werk en preventie vaak synoniem zijn en dat een sterke sociale basis veel maatschappelijke en medische problemen én kosten kan helpen voorkomen.

Het begrip sociale basis komt mede uit de koker van Ard Sprinkhuizen, onderzoeker bij het kenniscentrum sociale innovatie van Hogeschool Utrecht. Het is het weefsel van verbindingen dat de samenleving bijeenhoudt. Met een formele en een informele kant die elkaar aanvullen. Als de nood aan de man komt, dan zijn mensen zeker bereid om elkaar te helpen. Maar dit gaat niet vanzelf en er zitten grenzen aan. Er is dus altijd een professionele aanvulling nodig.

Sprinkhuizen was een van de sprekers tijdens de bijeenkomst ‘Van contact naar connectie’ die we op 1 april samen met Divosa organiseerden. Voor het eerst trokken we zo samen op, nadat eerder al de besturen van Divosa en Sociaal Werk Nederland de propositie ‘de winst van het sociaal domein’ hadden vastgesteld als gezamenlijk vertrekpunt voor de komende jaren. Rode draad tijdens de bijeenkomst was het partnerschap van gemeente en sociaalwerkorganisatie dat nodig is om samen de complexe en veelkoppige opgaven in wijken en buurten te lijf te gaan.

Sprinkhuizen sprak over taaie vraagstukken zoals bestaansonzekerheid, kansenongelijkheid en gezondheidsverschillen. Opgaven die helaas ook taaie oplossingen vragen; er zijn geen pasklare recepten. Daar komt bij dat de eigen kracht van burgers nogal eens wordt overschat, de middelen en menskracht doorgaans ontoereikend zijn en integraal werken nog moeizaam van de grond komt. Niet echt een vrolijk verhaal, zo erkende Sprinkhuizen zelf ook.

Maar hij zag ook lichtpuntjes. Gemeente en sociaal werk kunnen samen bouwen aan verbindingen in de sociale basis, zolang zij elkaar kennen, aanvullen en vertrouwen. Heel basaal: ken elkaar bij de voornaam, heb elkaars telefoonnummer onder de knop, begrijp wat het werk van de ander inhoudt en wat je daaraan vanuit je eigen professie kunt toevoegen.

Dat succesvolle samenwerking begint bij een persoonlijke klik, bleek ook uit de ervaringen van de drie duo’s van de gemeente en sociaalwerkorganisaties in Roosendaal, Katwijk en het Groningse Westerkwartier. Gemene deler in hun verhalen was dat zij gaan voor een strategisch partnerschap, vanuit een gedeelde ambitie en beleidsdoelen. Dit vraagt van beide kanten openheid en eerlijkheid, flexibiliteit, lef om buiten de lijntjes te kleuren en fouten te maken, en de bereidheid om elkaar wat te gunnen. In het besef dat rollen soms kunnen schuren, omdat je schouder aan schouder werkt in de uitvoering maar natuurlijk ook opdrachtgever en opdrachtnemer bent. Meerjarige contracten blijken te helpen om dat vertrouwen te laten groeien en om rust en continuïteit te brengen.

De kern van de bijeenkomst, van contact naar connectie, ervaar ik zelf in de samenwerking met Alexandra Bartelds, mijn evenknie bij Divosa. Het klikt, ook tussen onze teams. We bruisen van de ideeën om onze leden verder te verbinden. Want samenwerking begint bij mensen, en moet vervolgens onderdeel worden van het logisch denken en handelen in de wijken en buurten van gemeenten. Zodat we samen bijdragen aan die sterke sociale basis.

Lex Staal