Regelmatig speurt Rens de Ron online seksadvertenties af.

Hij kent de lokale pagina’s van sekssites als Kinky goed. “Ik weet bij sommige advertenties wie erachter zit. We kijken vooral hoe de advertenties zijn opgebouwd. Staan er zorgelijke dingen in? Jonge leeftijden, extreme diensten die worden aangeboden? Dan gaan we bellen.” De Ron of een van zijn collega’s van het regionale controleteam doet zich voor als klant en maakt een afspraak. Daarna belt een van hen aan op de afgesproken locatie – een woonhuis, bedrijfspand of hotel, soms zelfs een garagebox. Het controleteam bestaat uit gemeentelijke toezichthouders en rechercheurs van de afdeling  Vreemdelingenpolitie, Identificatie en Mensenhandel (AVIM). Zij houden zich dan nog even gedeisd. “We houden ook in de gaten hoe de sekswerker naar de locatie komt en door wie ze wordt gebracht.”

Honkbalknuppel

Sekswerkers en pooiers zijn op hun hoede, weet De Ron. Het exacte huisnummer wordt vaak pas geappt wanneer de ‘klant’ ter plaatse is. Helemaal ongevaarlijk zijn de controles niet. De Ron heeft al verschillende nare situaties meegemaakt: iemand die klaarstond met een mes in zijn handen, een ander met een honkbalknuppel. “De zorg voor de sekswerker staat bij ons voorop. We doen deze controles vanuit onze gemeentelijke zorgplicht. Het primaire doel is uitbuiting voorkomen.”

Prostitutie is een legaal beroep, benadrukt De Ron meerdere malen. Maar de sector is wel kwetsbaar voor misstanden. In de regio Rotterdam zijn naast Nederlandse ook sekswerkers uit Zuid- Amerika en Oost-Europa actief. “Deze vrouwen hebben bij aankomst in Nederland al te horen gekregen dat ze hun mond moeten houden tegen de politie. We proberen hen dus altijd gerust te stellen, we vertellen waarom we er zijn en waar ze terechtkunnen voor hulp.”

'Mensenhandel is vaak erg lastig te bewijzen'

Schiedam telt ook een aantal ‘thuiswerkers’: vrouwen die zelfstandig in de prostitutie werken. “Sommigen hebben echt voor dit werk gekozen en staan geregistreerd bij de Kamer van Koophandel.” Maar het controleteam stuit ook op schrijnende gevallen. “Vrouwen met veel schulden, die geen andere uitweg zien en die het werk doen om hun verslaving te bekostigen. We vragen altijd of we ze in contact mogen brengen met het wijkondersteuningsteam of  hulpverleners van Humanitas.”

Wanneer er sprake lijkt van seksuele uitbuiting, nemen de agenten van het AVIM het stokje over. “We doen deze controles op illegale prostitutie vanuit het bestuurlijke toezicht. Niet vanuit het strafrecht.” Mensenhandel is vaak erg lastig te bewijzen, weet De Ron. Slachtoffers zien zichzelf vaak niet als slachtoffer. Hij vertelt over een jong Belgisch meisje dat bij een escortcontrole werd aantroffen. Zij hield vol dat ze het werk vrijwillig deed om haar schoolgeld te betalen. “In haar telefoon stond een soort kasboek. Ze verdiende tienduizenden euro’s per maand. De helft mocht ze van haar ‘chauffeur’ – op wie ze smoorverliefd was – houden”.

In beweging

Met de regionale samenwerking rond de aanpak van illegale prostitutie en mensenhandel loopt de regio Rotterdam voorop. Al in juli 2018 maakten 25  gemeenten hierover afspraken, vastgelegd in de Strategische Agenda Mensenhandel. Aangejaagd door Peter Oskam, burgemeester van Capelle aan de IJssel en niet geheel toevallig portefeuillehouder mensenhandel bij de VNG. De pilot met het regionaal controleteam – nu actief in de gemeente Schiedam, Capelle aan den IJssel en Vlaardingen – komt voort uit de strategische agenda.

Steeds meer gemeenten komen de laatste jaren in de beweging. Er zit ook nogal wat aan te komen. Zo moeten in 2022 alle gemeenten een duidelijke aanpak van mensenhandel hebben. Dit hebben ze in 2018 afgesproken in het interbestuurlijk programma en staat bovendien in het integrale rijksprogramma ‘Samen tegen Mensenhandel’.

'De verschillen in gemeentelijk prostitutiebeleid zijn groot'

En dan is er nog de Wet regulering sekswerk (Wrs), een omstreden wet met een lange voorgeschiedenis. Het kabinet wil dat iedere sekswerker verplicht wordt een vergunning aan te vragen en een intakegesprek te voeren met de gemeente. Sekswerkers, experts en hulpverleners zetten grote vraagtekens bij deze vergunningplicht en vrezen dat kwetsbare groepen helemaal uit beeld verdwijnen. Het wetsvoorstel is eind 2019 in consultatie geweest; de uitkomsten daarvan zijn nog niet bekend. Ook De Ron maakt zich zorgen over die voorgestelde vergunningplicht en de uitvoerbaarheid daarvan. “Ik ben iemand van de praktijk. Een prostituee uit Zuid-Amerika gaat zich echt niet melden bij een centrumgemeente om zich daar in te schrijven als sekswerker. Dat gaat gewoon niet gebeuren.”

Nogal een jungle

De inzet van regionale controleteams maakt deel uit van het wetsvoorstel. Het is ook de bedoeling dat gemeenten een grotere rol krijgen bij het toezicht op en de handhaving van prostitutiebeleid. ‘Mensenhandelaren mogen niet profiteren van ongelijke toezichts- en handhavingsmogelijkheden’, staat in het wetsvoorstel. Dat kunnen ze nu nog wel. “De verschillen in gemeentelijk prostitutiebeleid, toezicht en handhaving zijn erg groot, het is nogal een jungle”, zegt Rodney Haan, expert prostitutiebeleid bij het Centrum voor Criminaliteitspreventie (CCV). Wat in de ene gemeente mag, is elders verboden. Juist omdat de Wrs zo lang op zich laat wachten, is in veel gemeenten het prostitutiebeleid verouderd. “En lang niet overal wordt aan dit onderwerp dezelfde  beleidsprioriteit gegeven”, klinkt het fijntjes.

De aandacht voor de aanpak van mensenhandel is belangrijk, maar niet alle sekswerkers worden uitgebuit. “Het zijn niet allemaal zielige hoopjes mens. Het stigma op deze beroepsgroep is heel groot. Daarom stimuleert het CCV ook de dialoog tussen gemeenten en sekswerkers.” In Tilburg zijn sekswerkers  bijvoorbeeld betrokken bij het opstellen van het nieuwe prostitutiebeleid. Een andere discussie is wie de prostitutievergunningen moet controleren. Haan: “De politie vindt dat deze taak bij de gemeente thuishoort – en niet bij de AVIM. Maar lang niet alle burgemeesters zijn het daarmee eens; het ontbreekt  kleinere gemeenten vaak aan capaciteit en opgeleide toezichthouders.” In de regio Rotterdam wordt goed samengewerkt met de AVIM, zegt De Ron. “De  gemeentelijke toezichthouders volgen inmiddels een speciale opleiding bij de Politieacademie. Een toezichthouder of boa die jarenlang in de openbare ruimte heeft gewerkt, kan niet ineens ook prostitutiecontroles uitvoeren. Daar is speciale kennis voor nodig. Over mensenhandel, maar vooral ook over hoe je
in gesprek gaat met een sekswerker.”

Waterbedeffect

Begin volgend jaar wordt de pilot van het regionaal controleteam prostitutie en mensenhandel geëvalueerd. De Ron verwacht dat het team wordt voortgezet en dat nog meer gemeenten aanhaken. “We hopen dat ook hulpverleners in de toekomst aansluiten bij de controles. En dat we ook gaan controleren op arbeidsuitbuiting.”

Inmiddels is een zogeheten ketenregisseur mensenhandel benoemd die de samenwerking in de regio verder gaat uitbouwen. “We zien dat het handhavingsbeleid nogal versnipperd is. Het is – met oog voor de couleur locale – belangrijk om toch een vorm van eenduidigheid aan te brengen. Maar als je ziet van hoe ver we zijn gekomen, dan hebben we de afgelopen jaren grote stappen gezet. Stonden er voorheen alleen al voor de gemeente Schiedam zo’n vijftien tot twintig pagina’s advertenties op Kinky, nu is het er nog maar een.”

Verplaatst naar elders?

“Dat gebeurt zeker, daarom is die regionale samenwerking zo belangrijk. Daarmee probeer je het waterbedeffect te voorkomen.” Maar af en toe maken De  Ron en zijn collega’s wel degelijk het verschil. Zo kwam er onlangs een melding uit Oost-Europa binnen. Een meisje zou onder valse voorwendselen naar Nederland zijn gehaald en in de regio Rotterdam gedwongen in de prostitutie werken. “Via een seksadvertentie kwamen we haar op het spoor en konden we  een afspraak maken. Ze bleek inderdaad te worden gedwongen, was heel bang. Meteen na aankomst in Nederland was ze aan het werk gezet. We hebben  onmiddellijk opvang voor haar geregeld. En de AVIM heeft de man aangehouden die bij haar was. Daar doen we het toch allemaal voor.”

Prostitutie

Nederland was het eerste land ter wereld dat het bordeelverbod heeft opgeheven. In 2000 werden exploitanten van bordelen en seksinrichtingen  vergunningplichtig en gemeenten verantwoordelijk voor het prostitutiebeleid. Uit onderzoek van het journalistieke platform Investico bleek dit jaar dat het aantal gereguleerde sekswerkplekken in Nederland met ruim de helft is gedaald. Online neemt het aanbod echter allesbehalve af. Volgens Investico en dataprogramma Pointer boden tussen eind januari en maart op Kinky gemiddeld 4.459 adverteerders per dag een seksuele dienst aan in ruim vijfhonderd steden in Nederland.

Meer lezen over de rol van gemeenten bij de aanpak van illegale prostitutie en mensenhandel?
Het CCV heeft een handreiking Prostitutiebeleid ontwikkeld en de VNG heeft voor gemeenten ‘Het Kompas Aanpak Mensenhandel’ opgesteld. Vol met handvatten voor beleid.